Kinderen moeten niet altijd gelukkig zijn

Veel verhalen ontkennen de onaangename kanten van het leven. De verwachting om altijd en overal gelukkig te moeten zijn, zet ouders onder druk. Ze denken dat ze hun kind alle onaangename ervaringen moeten besparen en hun kind moeten weghouden van alle pijnlijke gebeurtenissen.
Alsof iets niet ook kan tegenvallen. Alsof mensen niet ook neerslachtig kunnen zijn. Alsof mensen onkwetsbaar zijn. In elk leven zitten kwetsende gebeurtenissen. Onaangename ervaringen kunnen en moeten niet steeds opgelost worden.

 

Kinderen hebben niet altijd vat op hun leven, op wat er rondom hen gebeurt. Soms heeft het leven vat op hen. Er gebeurt niet wat ze willen en dan zijn ze ongelukkig. Een scheiding vraagt van kinderen een enorm aanpassingsvermogen. Kinderen kunnen zich niet altijd aanpassen. Kinderen worden vaak gezien als lastig. Kinderen zijn niet lastig. Het is vaak de situatie die lastig is. Kinderen ervaren ontreddering bij de overgang van één huis naar twee huizen. Ze voelen zich benadeeld.
 
Kinderen verdienen geen straf omdat ze zich niet snel aan een scheiding aanpassen, omdat ze een tijd ongelukkig en kwaad zijn. Sommige dingen zijn gewoon te moeilijk. Pijnlijke omstandigheden dienen niet verdoezeld of weggewerkt te worden. Wat gebeurt er rondom de kinderen dat hen ongelukkig maakt? Wat raakt de kinderen? Wat steunt kinderen? Wat maakt hen beter bestand tegen moeilijkheden? Kinderen worden best weggehouden van hoogoplopende ruzies, maar niet van de moeilijkheden die er zijn.