Niet-afgifte is een strafbaar feit

Volgens het internationaal kinderrechtenverdrag heeft een kind recht op regelmatig rechtstreeks contact met beide ouders, tenzij dit in strijd is met het belang van het kind. Veel rechters vinden dat een ouder zijn kind moet aanmoedigen om persoonlijke ontmoetingen te hebben met de andere ouder. Een ouder moet zich verzetten tegen de weigering van een kind om de andere ouder te ontmoeten.

 

Een ouder die het kind niet 'afgeeft' als de andere ouder het kind volgens een afdwingbare verblijfsregeling komt ophalen, begaat een strafbaar feit. Deze ouder kan gestraft worden met een gevangenisstraf en/of een geldboete. De strafwet spreekt van het misdrijf 'niet-afgeven van kinderen' in de artikelen 431 en 432 van het Strafwetboek.

 

Met ingang van 1 januari 2017 werden de opdeciemen verhoogd, zodat de strafrechtelijke geldboetes uit het Strafwetboek voortaan moeten worden vermenigvuldigd met 8.

 

Strafwetboek

 

Art. 431. Met gevangenisstraf van acht dagen tot een jaar en met geldboete van zesentwintig euro tot honderd euro of met een van die straffen alleen worden gestraft zij aan wie een minderjarige beneden de leeftijd van twaalf jaar is toevertrouwd en hem niet afgeven aan de personen die het recht hebben hem op te eisen.
  Indien de schuldige deze minderjarige meer dan vijf dagen verborgen houdt voor degenen die het recht hebben hem op te eisen of deze minderjarige onrechtmatig buiten het grondgebied van het Koninkrijk vasthoudt, wordt hij gestraft met gevangenisstraf van een jaar tot vijf jaar en met geldboete van zesentwintig euro tot tweehonderd euro of met een van die straffen alleen.

 

Art. 432. § 1. Met gevangenisstraf van acht dagen tot een jaar en met geldboete van zesentwintig euro tot duizend euro, of met een van deze straffen alleen worden gestraft:
  de vader of moeder die het minderjarige kind onttrekt of poogt te onttrekken aan de rechtsvervolging, tegen dit kind ingesteld uit kracht van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming of betreffende de jeugdbijstand, die het onttrekt of poogt te onttrekken aan de bewaring van de personen aan wie de bevoegde overheid het heeft toevertrouwd, die het niet afgeeft aan degenen die het recht hebben het op te eisen of die het, zelfs met zijn toestemming, ontvoert of doet ontvoeren.
  Is de schuldige geheel of ten dele ontzet uit de ouderlijke macht, dan kan de gevangenisstraf tot drie jaar worden verhoogd.
  § 2. Indien de schuldige het minderjarige kind meer dan vijf dagen verborgen houdt voor degenen die het recht hebben het op te eisen of het minderjarige kind onrechtmatig buiten het grondgebied van het Koninkrijk vasthoudt, wordt hij gestraft met gevangenisstraf van een jaar tot vijf jaar en met geldboete van vijftig euro tot duizend euro, of met een van deze straffen alleen.
  Is de schuldige geheel of ten dele ontzet uit de ouderlijke macht, dan is de gevangenisstraf minstens drie jaar.
  § 3. Wanneer over de bewaring van het minderjarige kind mocht zijn beslist, hetzij gedurende het verloop of ten gevolge van een geding tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed, hetzij in andere bij de wet bepaalde omstandigheden, dan worden de straffen bepaald in de §§ 1 en 2 toegepast op de vader of de moeder die het minderjarige kind onttrekt of poogt te onttrekken aan de bewaring van hen aan wie het krachtens de beslissing is toevertrouwd, die het niet afgeeft aan degenen die het recht hebben het op te eisen of die het, zelfs met zijn toestemming, ontvoert of doet ontvoeren.
  § 4. Indien over de bewaring van het minderjarige kind een aan de rechtspleging door onderlinge toestemming voorafgaande minnelijke schikking is getroffen, worden de straffen bepaald in §§ 1 en 2 toegepast op de vader of de moeder die, vanaf de datum van de overschrijving van de echtscheiding door onderlinge toestemming, het minderjarige kind onttrekt of poogt te onttrekken aan de bewaring van hen aan wie het krachtens de beslissing of de minnelijke schikking is toevertrouwd, die het niet afgeeft aan hen die het recht hebben het op te eisen of die het, zelfs met zijn toestemming, ontvoert of doet ontvoeren.