Uitgaven voor het kind

Sinds 2010 maakt de wet een onderscheid tussen twee soorten kosten voor kinderen.

 

De gewone kosten zijn 'alle gebruikelijke kosten met betrekking tot het dagelijkse onderhoud van het kind'.

 

Onder buitengewone kosten wordt verstaan: 'de uitzonderlijke, noodzakelijke of onvoorzienbare uitgaven die voortvloeien uit toevallige of ongewone gebeurtenissen en die het gebruikelijke budget voor het dagelijkse onderhoud van het kind (...) overschrijden'.

 

Met de invoering van deze definities wou de wetgever meer eenvormigheid brengen in de rechtspraak bij de bepaling van de bijdrage in de buitengewone kosten. Men wou discussies vermijden en voor alle partijen duidelijk maken welke kosten precies vallen onder het maandelijkse forfait aan onderhoudsgeld en welke niet. Gewone kosten worden immers gedekt door het bedrag aan onderhoudsgeld dat één ouder maandelijks voor zijn kind betaalt. De buitengewone kosten vallen daarentegen niet onder dit maandelijkse forfait en moeten los daarvan worden betaald.

 

Naast deze wettelijke indeling, kan men de kosten voor kinderen in een praktijkgerichte benadering ook indelen in 'aparte kosten' en 'gezamenlijke kosten'.

 

De aparte kosten hebben te maken met het verblijf. Men noemt ze soms ook 'verblijfsgebonden kosten'. Beide ouders moeten apart verblijfskosten betalen voor de periode dat het kind bij hen verblijft, bijvoorbeeld eten en verwarming. In geval van hoofdverblijf bij één ouder zijn de aparte kosten hoger voor deze ouder dan voor de andere ouder. Bij verblijfsco-ouderschap zijn de aparte kosten voor elke ouder gelijk.

 

De gezamenlijke kosten hebben niets te maken met het verblijf. Beide ouders hebben, in welke verblijfsregeling dan ook, met gezamenlijke kosten te maken, bijvoorbeeld voor de betaling van een tandenbeugel. Men noemt ze ook 'verblijfsoverstijgende' kosten. Veel gekochte goederen worden gebruikt in de periodes bij beide ouders bijvoorbeeld een boekentas en een winterjas. Deze gezamenlijke kosten zijn dezelfde bij een regeling met hoofdverblijf als bij een regeling van verblijfsco-ouderschap.

 

De gezamenlijke kosten bestaan uit gewone en buitengewone kosten.

 

Wat apart en wat gezamenlijk is, ligt niet vast. In sommige kostenplannen is bijvoorbeeld zakgeld een aparte kost. Beide ouders betalen dan apart zakgeld in de periode dat het kind bij hen verblijft. In andere plannen is zakgeld een gezamenlijke kost. Het kind krijgt dan bijvoorbeeld maandelijks éénmaal zakgeld van beide ouders samen.

 

Ondanks de wettelijke definities van gewone en buitengewone kosten, komen verschillende praktijken voor. In sommige plannen is bijvoorbeeld een gsm een gewone kost en in andere plannen een buitengewone kost. Bepaalde schoolkosten kunnen gewone kosten zijn, bijvoorbeeld boekentas, schrijfgerief, studieboeken. Andere schoolkosten kunnen onder buitengewone kosten vallen, bijvoorbeeld een schoolreis van meer dan twee dagen. Kosten op lijsten zijn dus slechts voorbeelden. U kan kosten verschuiven naar een andere categorie. U doet er wel goed aan om zoveel mogelijk binnen de lijnen van de wettelijke definities te blijven, om discussies achteraf te vermijden.

 

Aparte en gezamenlijke kosten

 

Voorbeelden
Aparte kosten
Gewone gezamenlijke kosten
Buitengewone gezamenlijke kosten