Gezagsco-ouderschap

1. De ouders oefenen het ouderlijk gezag samen uit. De ouders nemen samen alle belangrijke beslissingen over het kind. Zij spreken telkens af wie (een van beiden of beide samen) een gezamenlijk genomen beslissing uitvoert, bijvoorbeeld inschrijving in een gekozen school, aanvraag van een paspoort.

 

2. De ouders nemen niet alleen alle belangrijke beslissingen samen, maar voeren die in de mate van het mogelijke ook samen uit. Ze schrijven het kind samen in een school in, hun twee handtekeningen zijn nodig om een paspoort voor het kind aan te vragen, enzovoort.

 

3. Voor beslissingen over school, studies, vrijetijdsactiviteiten en verblijf houden de ouders rekening met de bekommernissen (behoeften, bezorgdheden en wensen) van het kind. Ze betrekken het kind niet in beslissingen over de kostenregeling.

 

4. Vanaf de leeftijd van 12 jaar luisteren de ouders uitgebreid, apart en samen, naar de bekommernissen van het kind, voordat ze een beslissing nemen over de schoolkeuze, de studierichting en de verblijfsregeling.

 

5. Vanaf de leeftijd van 14 jaar houden de ouders, vóór een beslissing over de verblijfsregeling, rekening met de mening van het kind.

 

6. Wanneer een ouder dringend een onvoorziene belangrijke beslissing moet nemen; bijvoorbeeld toestemming tot een operatie, dan belt deze ouder de andere ouder op voor overleg. Wanneer overleg onmogelijk is, dan informeert deze ouder de andere ouder zo snel mogelijk over de genomen beslissing. De ouders nemen dan verdere beslissingen in overleg.