Trajecten om regelingen te veranderen

Wat doen als een regeling niet meer goed functioneert? Er zijn vijf trajecten om familiezaken te regelen. Via dezelfde trajecten kunt u de regelingen nadien veranderen.


U kan naar een rechter stappen met de vraag de regeling te veranderen. U kan zelf uw zaak bepleiten of twee advocaten laten pleiten. Dat kan goed werken. Dan kan er rust komen. Als uw relatie gespannen is, lost een eenvoudige uitspraak van een rechter uw ingewikkeld relationeel conflict echter niet altijd op. Wanneer een rechter een beslissing heeft genomen, blijven de spanningen tussen de twee ouders soms voortduren

 

Een nieuw vonnis

 

Ingeval u een rechterlijke uitspraak wenst die een eerdere uitspraak wijzigt in een nieuw 'beslissingsvonnis', dan moet u kunnen bewijzen dat er nieuwe elementen zijn die er nog niet waren bij het eerste verzoek. De nieuwe elementen worden in de wet omschreven. Er zijn subtiele verschillen naargelang de regeling waarvan u wijziging vraagt.

 

Voor een andere beslissing over kinderalimentatie zijn nieuwe omstandigheden nodig waarin de ouders of de kinderen verkeren en die hun situatie ingrijpend kunnen wijzigen.

 

Voor een andere beslissing over gezag, verblijf of contact zijn nieuwe omstandigheden nodig die de toestand van de ouders of het kind kunnen wijzigen. Hier moet het dus niet om een ingrijpende wijziging gaan. De rechter kan het verzoek om een nieuwe beslissing inzake gezag, verblijf en contact wel enkel inwilligen indien het belang van het kind een nieuwe beslissing rechtvaardigt.

 

Een nieuwe overeenkomst

 

Beter zelf beslissingen nemen? U kan twee advocaten laten onderhandelen of zelf onderhandelen. Als u zelf onderhandelt, kan u bijstand vragen van een bemiddelaar, een rechter, een notaris of een advocaat. Ook een regeling bij echtscheiding door onderlinge toestemming kan in onderling overleg worden aangepast. Dan primeert de tweede overeenkomst op de eerste, ook al werd de eerste door de rechter bekrachtigd in het echtscheidingsvonnis. De tweede overeenkomst kan op haar beurt ook worden bekrachtigd, maar dit is niet noodzakelijk voor haar geldingskracht.

 

U kan nu afspreken dat u later niet onmiddellijk naar een rechter zal stappen maar eerst inspanningen zal leveren om te overleggen met de hulp van een ouderschapsbemiddelaar. Deze afspraak – een bemiddelingsbeding – kan u opnemen in uw ouderschapsplan. Als uw plan door een rechter of notaris is bekrachtigd, dan is deze regeling afdwingbaar. U kan elkaar dwingen de regeling uit te voeren. Als u later een conflict hebt en een van u beiden vraagt onmiddellijk een rechter om een beslissing te nemen, dan zal de rechter u eerst verwijzen naar een bemiddelaar.

 

Als u een nieuwe verblijfsregeling of een nieuwe kostenregeling overeenkomt, kan de bemiddelaar u helpen om uw nieuw plan te laten bekrachtigen door de familierechtbank. U hebt hiervoor geen advocaat nodig. Wil u uw nieuwe overeenkomst afdwingbaar maken zodat u elkaar kan dwingen tot uitvoering van de regelingen? Hoe een nieuwe regeling laten bekrachtigen?

 

Een vonnis na een EOT-overeenkomst

 

Indien u koos voor een echtscheiding door onderlinge toestemming, dan heeft u zelf overeenkomsten over gezag, verblijf en kosten gesloten. De rechtbank bekrachtigde deze overeenkomst in uw echtscheidingsvonnis. Onder welke omstandigheden deze EOT-overeenkomst kan worden gewijzigd op verzoek van één ouder, wordt geregeld in een specifieke wetsbepaling. Er moeten volgens artikel 1288, tweede lid van het Gerechtelijk Wetboek "nieuwe omstandigheden" zijn "buiten de wil van de partijen", die "hun toestand of die van de kinderen ingrijpend wijzigen". De wet maakt het dus vrij moeilijk om een nieuw vonnis met wijziging van een EOT-overeenkomst over de kinderen te krijgen. Nu is het zo dat deze wetsbepaling, wat gezag en verblijf betreft, grotendeel buitenspel is geplaatst door de rechtspraak, die veel soepeler is. Het Hof van Cassatie heeft (in een arrest van 28 juni 2012) beslist (met verwijzing naar artikel 387bis van het Burgerlijk Wetboek) dat de rechter die moet oordelen over de wijziging van de EOT-overeenkomst over gezag en contact, in geval van gewijzigde omstandigheden, dit verzoek uitsluitend moet toetsen aan het belang van het kind. Dit cassatiearrest ging niet over kinderalimentatie, maar er zijn rechtsgeleerden (en ook feitenrechters) die menen dat ook de verzoeken inzake kinderalimentatie enkel in het belang van het kind moeten worden beoordeeld, dus zonder toepassing van het veel striktere wettelijke wijzigingscriterium.